Box 3-verhoging geschrapt, maar huiseigenaren gaan meer betalen

Box 3-verhoging geschrapt, maar huiseigenaren gaan meer betalen

De geplande verhoging van het forfaitaire rendement in box 3 voor 2026 gaat niet door. Het kabinet had eerder voorgesteld het rendement voor overige bezittingen te verhogen naar 7,78%, maar dat plan is na een Kameramendement geschrapt. Het forfait wordt nu voor 2026 vastgesteld op 6%. Ook de voorgenomen verlaging van het heffingsvrije vermogen, die zou dalen naar €51.396, is ingetrokken. In plaats daarvan stijgt het heffingsvrije vermogen in 2026 naar €59.357 per persoon.

Deze aanpassingen betekenen dat spaarders en beleggers minder extra belasting betalen dan aanvankelijk gepland. Om het ontstane gat in de begroting te dichten, kiest de overheid echter voor een andere maatregel: de versnelde afbouw van de Hillen-regeling. Deze regeling bood huiseigenaren met een kleine of afgeloste hypotheek een korting op het eigenwoningforfait. De afbouw liep al sinds 2019 en zou oorspronkelijk eindigen in 2048, maar wordt nu versneld beëindigd in 2041.

Voor veel huiseigenaren betekent dit een geleidelijke lastenstijging. Wie weinig of geen hypotheekrente meer aftrekt, krijgt minder korting zodra het eigenwoningforfait hoger uitvalt dan de renteaftrek. Bij een woning met een WOZ-waarde van €500.000 loopt dat verschil in 2026 op tot ongeveer €25, wat na belasting neerkomt op circa €10 per jaar extra lasten. Bij woningen met een hogere WOZ-waarde wordt het effect groter, terwijl het bij gedeeltelijk afgeloste hypotheken juist beperkter is.

Met het schrappen van de box-3-verhoging worden spaarders en beleggers ontzien, maar voor een grote groep huiseigenaren verschuift de belastingdruk juist omhoog door de versnelde afbouw van de Hillen-regeling.